Digitaal gaan

Wel, zoals gezegd, zou ik een collectie opbouwen met treinen uit begin jaren ’50, om uiteindelijk een thema-baan te kunnen bouwen. Maar zoals dat met de beste plannen gaat, zijn aanpassingen gauw gemaakt.

Het leek mij slim om, als ik dan toch digitaal ging rijden, meteen een startset te kopen. De prijs hiervan ligt doorgaans een (stuk) lager dan als je de onderdelen ervan los koopt, en het scheelt in elk geval één decoder inbouwen. De trein uit de set heeft er al eentje ingebouwd in de fabriek.

Lang hoefde ik niet te zoeken. Ter herdenking van het in dienst gaan van de

Trans Europe Express, ofwel TEE treinen, hadden verschillende fabrikanten hier modellen van uitgebracht.

startset 63123 van Roco
De TEE Ram met multimaus

Roco bracht hiervan de TEE Ram uit, de trein die voor de NS werd gebouwd. Deze was ook nog eens uitgerust met een geluids-decoder, waardoor hij niet alleen digitaal wordt aangestuurd, maar je hem ook nog eens een hele hoop herrie kunt laten maken. Dat laatste wordt echter niet door iedereen in huis gewaardeerd, dus de geluidsfuncties blijven meestal uit, maar het kan wel.

Het grote voorbeeld van deze trein kwam pas in 1957 op het spoor, goeddeels nadat de stroomtreinen uit Nederland waren verdwenen, op een enkeling na. Dus, helaas, de baan wordt wat onnauwkeuriger wat tijdsbepaling, maar het is een veel te mooie trein om niet te hebben. Bovendien was hij in de aanbieding.

Nu de eerste trein digitaal was, moest de rest volgen. Dus, de 1100 kreeg ook een decoder, die gelukkig eenvoudig te plaatsen bleek, en mijn eerste ervaring met treinen die onafhankelijk van elkaar gestuurd kunnen worden was een feit.

De TEE en 1100
De TEE en 1100 rijden in tegengestelde richting

Dit vond en vind ik overigens af en toe nog best lastig. De multimaus die voor de aansturing gebruikt wordt heeft maar één richting-en snelheidsregelaar. Dit betekent dat je eerst een trein moet selecteren (terwijl ze beide rijden) en vervolgens de snelheid kunt aanpassen. De noodstop-knop die er ook op zit en de hele baan in een keer stillegt is dan ook menigmaal gebruikt!

Verder is het gebruik van de multimaus overigens zeer eenvoudig. Lees vooral de handleiding goed. Mét kom je er zo uit, zonder is het een stuk lastiger (ja, zo iemand ben ik nou eenmaal, eerst zelf proberen, dan pas de handleiding lezen).

Overigens, voor de oplettende lezer: het klopt dat beide treinen niet op Roco-spoor staan maar op Fleischmann Profi-rails. Daar had ik namelijk nog het een en ander van liggen. Hoewel de Roco-rails niet fraai aansluit, is het genoeg om de stroom en de digitale signalen daarin door te geven. De treinen rijden prima zo.

Daarmee is ook de vraag van veel mensen beantwoord: digitaal rijden vraagt niet om andere rails. Sluit een digitale stroomset op je spoor aan en je kunt gaan rijden. Echter, analoog en digitaal rijden kan helaas niet gecombineerd. Bij digitaal rijden blijft het spoor immers continu onder stroom staan (dus analoge treinen zouden op volle snelheid blijven rijden!).

Tot de volgende keer!

Lourens

 

De treinen die ik altijd zo mooi vond

Natuurlijk was ik in de jaren tachtig gefascineerd door alles dat door station Amersfoort (daar woonde ik toen) kwam rijden. De koplopers die toen nog wel aan- en afgekoppeld werden, de honden- en apenkoppen of, zoals ik later leerde, materieel ’54 en ’64. Sprinters kwamen er niet, die zag ik alleen als we naar mijn oma in Rotterdam gingen. Wel de grote 6400 diesels met goederentreinen en af en toe een 1200 of 1100 met botsneus.

Hoewel die treinen nu toch al een nostalgische werking op me hebben, was dat niet wat ik in model wou hebben (al zeg ik er nu geen nee tegen!). Nee, bij een bezoek aan het spoorwegmuseum had ik iets veel mooiers gezien! Treinen in heel andere kleuren, diep donkergroen met een zilveren dak, of turquoise! Het stroomlijnmaterieel van net voor en na de oorlog en de zo zwaar uitgevoerde D-rijtuigen, die vond ik pas mooi!

Dus, toen ik een paar jaar geleden besloot de hobby weer op te pakken, ging mijn aandacht als eerste daarnaar uit. Als historicus wilde ik dan ook wel een baan die zou kloppen, dus de periode van begin jaren vijftig (III) was gauw gekozen, en met het net uitkomen van de 1150 van Roco was de eerste aanschaf gauw gedaan!

de 1150 van Roco zonder opsmuk
De 1150 waar de collectie mee begon

Niet lang daarna volgden de D-rijtuigen. Roco heeft ze uitgegeven met verschillende nummers, en bij mijn weten zijn ze nog steeds te koop. Met deze loc-rijtuigcombinatie was mijn eerste ‘nieuwe’ trein een feit. De loc, die nog niet is voorzien van extra’s zoals de slangen die voorop horen te zitten, was digitaal voorbereid. Langzaam leerde ik daar steeds meer over en raakte ik enthousiaster.

Je kunt nu treinen op verschillende snelheden (en verschillende richtingen!) op dezelfde modelbaan laten rijden! Maar daarover later meer. Er was namelijk nog meer veranderd in de tijd dat ik me met heel andere dingen bezighield. De kortkoppeling had zijn intrede gedaan. En de NEM-schacht. Het was vroeger lastig om modellen van verschillende merken aan elkaar te koppelen, omdat elk merk zijn eigen mechaniek gebruikte. Tegenwoordig kun je de koppelingen eenvoudig wisselen, doordat deze in een schacht geklikt kunnen worden. De kortkoppeling is bedoeld om de wagons dichter achter elkaar te laten rijden waardoor het geheel er wat realistischer uit ziet:

Gewone Roco koppeling
D-rijtuigen met een gewone Roco-koppeling
kortkoppeling
en dezelfde rijtuigen met een Roco-kortkoppeling

Links de gewone koppeling zoals je deze bij het model geleverd krijgt,

 

 

 

 

en rechts met de kortkoppeling.

Het aardige is dat de wagons nog steeds zonder problemen door de scherpste bochten gaan. Daar hoef je het dus niet voor te laten.

 

 

Over hoe mijn collectie verder uitbreidt vertel ik de volgende keer.

Hoe het ooit begonnen is..

weet ik eigenlijk niet meer. Als jongetje van een jaar of zes raakte ik geïnteresseerd in treinen, vliegtuigen en in mindere mate auto’s. Die interesse in techniek is nooit verdwenen.

Maar terug naar het begin. Nadat zowel mijn broer en ik een startset cadeau gekregen hadden van Piko met niet-bestaande NS-treinen (de mijne met een diesellocomotief, hij met een stoomtrein) ben ik begonnen met mijn set steeds verder uit te bereiden.

Als klein jongetje kwam ik al in Amersfoort in de Flint, waar toen de modelbeurzen gehouden werden, en kocht van mijn zakgeld nog-net rijdende locomotieven en wagons van onder de tien gulden. De hoeveelheid telde, niet de staat van het model! Alles dat ik leuk vond kocht ik.

De collectie werd verder uitgebreid na het overlijden van mijn grootvader, die ook een zeer diverse verzameling had. Bovendien had hij enkele wagens en een locomotief in het blauw-wit geschilderd, met een lichtgrijs dak. Mocht iemand een idee hebben waarom hij voor deze kleuren heeft gekozen, ik hoor het graag! Hij woonde destijds in Rotterdam.

Modeltrein van mijn grootvader
Opa's handenarbeid

 

Een van de leukste treinen was wel een heel klein stoomlocomotiefje, dat op de modelbaan een ongekende snelheid wist te bereiken en op volle snelheid elke bocht rechtuit verliet. Zelfs de kat was niet in staat dit monster bij te houden.

Na verloop van tijd echter is dit racemonster waarschijnlijk doorgebrand. Er was geen beweging meer in te krijgen.

Pronkstuk van mijn collectie was uiteindelijk de TGV, die ik van mijn andere opa kreeg. Dit model van Lima heb ik altijd met extra zorg behandeld (voor zover dat gaat als jochie van acht) en is nog in redelijke staat. Nog steeds vind ik ‘m bijzonder.

De TGV van Lima
De TGV van Lima

Echter, de hoogtijdagen van mijn modelspoor waren geteld. Samen met mijn vader heb ik nog wel aan een treintafel gewerkt (de platen staan nog in het ouderlijk huis op zolder) maar na onze verhuizing zijn ze eigenlijk nooit meer uit de dozen gekomen.

Langzaam stonden ze te verstoffen, totdat ik, na gestudeerd te hebben, een vaste baan kreeg.

Op een dag bezocht ik, op verzoek van mijn moeder, de zolder aldaar om eens te kijken wat er zoal weg mocht. Zodoende kwamen de treinen weer in beeld. De dozen werden ingeladen in de auto en kwamen op mijn studentenkamer terecht.

Dat ik geen ruimte had voor modeltreinen maakte me niets uit, de nostalgie van mijn kindertijd was belangrijker. Bovendien besloot ik langzaam de modeltreinen te gaan aanschaffen die ik als kind zo mooi vond, maar die ik nooit kreeg noch kon betalen. Daarover meer in een volgende post..